direct naar inhoud van Regels
Plan: TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22a Platbodem test
Status: concept
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0453.TAMPLATBODEMTEST-O001

Regels

Pre-ambule

Dit TAM-omgevingsplan is gericht op het faciliteren van gebiedsontwikkeling op de locatie Platbodem' en vormt juridisch een nieuw hoofdstuk (hoofdstuk 22a) van het omgevingsplan van de gemeente Velsen. Dit hoofdstuk is op grond van artikel 11.1, lid 2 Besluit elektronische publicaties bekend gemaakt en digitaal beschikbaar gesteld met de landelijke voorziening www.ruimtelijkeplannen.nl. Het is met deze landelijke voorziening niet mogelijk dit hoofdstuk conform de juridische vormgeving van het omgevingsplan in STOP-TPOD beschikbaar te stellen.

De in dit op www.ruimtelijkeplannen.nl uitgegeven deel van het omgevingsplan (hierna: dit deel) weergegeven hoofdstukken moeten gelezen worden als paragrafen van hoofdstuk 22a van het omgevingsplan van de gemeente Velsen. In de artikelkop van de in dit deel weergegeven artikelen moet na het woord 'Artikel', na de spatie en direct voor het artikelnummer '22a.' gelezen worden. In de kop van de bijlagen bij het in dit deel weergegeven hoofdstuk moet na het woord 'Bijlage', na de spatie en direct voor het nummer van de bijlage '22a.' gelezen worden.

Hoofdstuk 1 (paragraaf 1, zie pre-ambule) Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

kernvereiste 2: Toepassingsbereik (bijzondere reikwijdte begripsbepalingen).

1.1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze paragraaf gelden, naast de begripsbepalingen in artikel 1.1. (zie hoofdstuk 1) van het omgevingsplan van de gemeente Velsen, voor dit deel de volgende begrippen:

  • a. dit deel: dit TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22a Platbodem test als vervat in hoofdstuk 22a van het omgevingsplan;
  • b. omgevingsplan: het omgevingsplan van de gemeente Velsen met identificatie /akn/nl/act/gm0453/2020/omgevingsplan;
  • c. archeologisch advies: Een advies, opgesteld door de archeologisch adviseur van het bevoegd gezag, waarin de kaders voor een uit te voeren archeologisch onderzoek zijn aangegeven en aan de hand waarvan opdrachtverstrekking kan plaatsvinden aan de instantie die het archeologisch onderzoek verricht;
  • d. omgevingsplanactiviteit bouwwerken: omgevingsplanactiviteit bestaande uit:
    • 1. een bouwactiviteit;
    • 2. het in stand houden van een bouwwerk;
    • 3. en het gebruiken van het te bouwen bouwwerk;
  • e. verbeelding: de verbeelding van het TAM-omgevingsplan TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22a Platbodem test (?gml?);
  • f. ...

Artikel 2 Toepassingsbereik

  • 1. De besluiten op grond van artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet zijn niet van toepassing voor zover het gaat over regels opgenomen in een besluit als bedoeld in artikel 4.6, eerste lid, onder a, b, c, g, h, i, j, k, l of m, van de Invoeringswet Omgevingswet op de locatie, bedoeld in het eerste lid;
  • 2. De regels in afdeling 22.2 van het omgevingsplan, met uitzondering van paragraaf 22.2.7.3, en afdeling 22.3 van het omgevingsplan zijn niet van toepassing voor zover die regels in strijd zijn met regels in dit deel;
  • 3. De regels in dit deel zijn van toepassing op de locatie TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22a Platbodem test, waarvan de geometrische bepaalde planobjecten zijn vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0453.TAMPLATBODEMTEST-O001 zoals vastgelegd op https://www.ruimtelijkeplannen.nl.
  • 4. ...

Artikel 3 Doelen

Voor dit deel gelden de volgende doelen:

  • 1. het zorgdragen voor een goed woon- en leefklimaat;
  • 2. het bijdragen aan een evenwichtige toedeling van functies aan locaties;
  • 3. ...

Artikel 4 Meet en rekenbepalingen

4.1 Meetbepalingen

Meetbepalingen die, op de dag van inwerkingtreding van de Omgevingswet, zijn opgenomen in artikel 22.24 van het omgevingsplan, zijn van toepassing op dit deel.

4.2 Aanvullende meetbepalingen

In aanvulling van het bepaalde in lid 4.1 gelden de volgende meetbepalingen:

  • 1. de goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
  • 2. ...
  • 3.

Artikel 5 Aanvraagvereisten

De aanvraagvereisten, bedoeld in paragraaf 22.5.2, zijn van overeenkomstige toepassing op een omgevingsvergunning die is vereist op grond van dit deel.

Artikel 6 Algemeen gebruiksverbod

Het is verboden om gronden of bouwwerken te gebruiken anders dan overeenkomstig de aan de locatie toegedeelde functies.

Hoofdstuk 2 (paragraaf 2, zie pre-ambule) Toewijzen van functies aan locaties

 

Artikel 7 Functie wonen

7.1 Algemeen
7.1.1 Toepassingsbereik

De regels in dit artikel zijn alleen van toepassing op de locatie, die op de verbeelding is aangewezen met de (?bestemming Overig-functie wonen?) functie wonen.

7.1.2 Functieomschrijving

Met het oog op een evenwichtige toedeling van functies aan locaties zijn de volgende functies toegelaten (?of worden de gronden en gebouwen gebruikt voor?) :

  • a. wonen, al dan niet in combinatie met het gebruiken van woonruimte voor:
    • 1. aan huis verbonden beroep of bedrijf, waarbij wordt voldaan aan het bepaalde in artikel PM;
    • 2. bed and breakfast, waarbij wordt voldaan aan het bepaalde in artikel PM;
    • 3. en daar aan ondergeschikt, de functies (?of kunnen de gronden ook gebruikt worden voor?) zoals opgenomen in artikel PM.

7.2 (Beoordelings)regels voor bouwactiviteiten ruimtelijk

 

7.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de regels zoals opgenomen in artikel 11.

7.2.2 Bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de regels zoals opgenomen in artikel 11.

7.2.3 Bouwwerken geen gebouw zijnde

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de regels zoals opgenomen in artikel 11.

Artikel 8 Functie openbaar gebied

Hoofdstuk 3 Het beschermen van de fysieke leefomgeving

 

Artikel 9 Waarde-Archeologische waarden

9.1 Aanvullende regels met betrekking op het behouden van de archeologische waarden
9.1.1 Toepassingsbereik
a Deze afdeling bevat regels voor:
  • 1. een bouwactiviteit ruimtelijk waarbij het gaat om bouwwerk bouwen, mits er sprake is van een bepaalde diepte en oppervlakte;
  • 2. een kapactiviteit waarbij het gaat om de volgende activiteit: boom kappen of houtopstand vellen, mits het gaat om rooien van bos of boomgaard waarbij stobben worden verwijderd;
  • 3. een overige activiteit waarbij het gaat om de volgende activiteiten, mits er sprake is van een bepaalde oppervlakte:
    • a. waterpeil verlagen of verhogen;
    • b. voorwerpen indrijven, zoals heiwerkzaamheden uitvoeren;
    • c. ondergrondse kabels en leidingen aanleggen, inclusief het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
  • 4. een overige activiteit waarbij het gaat om de volgende activiteiten, mits er sprake is van een bepaalde diepte en oppervlakte: grondbewerking uitvoeren, waartoe worden gerekend afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen, ophogen en aanleggen van drainage;
b Deze afdeling bevat geen regels voor:

PM

9.1.2 Oogmerken

PM

 

Hoofdstuk 4 Het benutten van de fysieke leefomgeving

Artikel 10 Anti dubbeltel bepaling

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 11 Regels bouwactiviteiten ruimtelijk

11.1 Gebouwen
11.1.1 Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
a Vergunningplicht

Het is alleen toegestaan om met een omgevingsvergunning een gebouw te bouwen.

b Beoordelingsregels omgevingsvergunning

De omgevingsvergunning kan worden verleend als er voldaan wordt aan:

a. hoofdgebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak;

b. als hoofdgebouw zijn uitsluitend (complexen van) gestapelde woningen toegestaan;

c. het aantal woningen mag niet meer bedragen dan 72;

d. de bouwhoogte van een hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)' is aangegeven;


11.2 Bijbehorende bouwwerken

11.2.1 Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
  • a. de maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen is 2 meter (staat niet in het juiste vlak) ;
  • b. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouw zijnde is 4 meter.

11.3 Bouwwerken geen gebouw zijnde

 

11.3.1 Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
  • a. de maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen is 2 meter (staat niet in het juiste vlak) ;
  • b. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouw zijnde is 4 meter.