Plan: | Volkstuinen De Biezen |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0453.BP1403BIEZENVOLKS1-R001 |
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
afhellend dak tegen een muur of gebouw aangebracht boven een open ruimte om die tegen de regen te beschutten;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
onderkomen, bedoeld voor tijdelijk recreatief verblijf van personen die elders hun hoofdverblijf hebben, bergingen vallen ook hieronder;
een dak over een ruimte bij een gebouw, welke ruimte niet zodanig door wanden is omgeven, dat deze ruimte als deel uitmakend van het gebouw is aan te merken;
een (gedeeltelijke) overkapping die beschutting geeft tegen de regen, sneeuw e.d., boven een ingangspartij of een raampartij van een gebouw;
het gebruik van een dagverblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen op een wijze die ingevolge de Wet gemeenschappelijke basisadministratie persoonsgegevens noopt tot inschrijving van bewoner(s) in de basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente Velsen, terwijl deze perso(o)n(en) niet aannemelijk kan/kunnen maken elders over een hoofdverblijf te beschikken;
het bestemmingsplan Volkstuinen De Biezen met identificatienummer NL.IMRO.0453.BP1403BIEZENVOLKS1-R001 van de gemeente Velsen
een weergegeven lijn die de grens van het plan aanduidt;
meerdere volkstuinkavels die bij elkaar zijn gevoegd;
een complex van meer dan één volkstuinkavel;
een al dan niet kadastraal aangeduid niet bij de eigen woning gelegen aaneengesloten stuk grond bestemd voor het hobbymatig kweken en telen van gewassen en producten, enkel bedoeld voor de eigen consumptie en gebruik.
De voor 'Recreatie - 1 Volkstuinen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen op de gronden ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van verenigingsgebouwen gelden de volgende regels:
oppervlakte volkstuinkavel | maximum oppervlakte berging |
tot 100 m2 | - |
vanaf 100 m2 tot 180 m2 | 6,6 m2 |
Vanaf 180 m2 | 5% van de oppervlakte die de 180m2 overstijgt |
n. Artikel 29 lid a van het bestemmingsplan "De Biezen" uit 2013 is niet van toepassing op artikel 3.2.2 lid c, d, e, h, i, l en m.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag is bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen teneinde de splitsing van een samengevoegde volkstuinkavel of de samenvoeging van een volkstuinkavel mogelijk te maken, waarbij het bepaalde in artikel 3.2.2 en de algemene regels onverminderd van toepassing zijn.
De voor 'Recreatie - 2 Volkstuinen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen op de gronden ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van verenigingsgebouwen gelden de volgende regels:
Het bouwen van gebouwen is, met uitzondering van plantenkassen en een verenigingsgebouw, niet toegestaan.
Voor het bouwen van plantenkassen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar geldende bestemming(en), tevens bestemd voor het transport van gas met de daarbij behorende belemmeringenstrook.
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (basisbestemming) mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
De maximale bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is 3,0 m.
Burgemeester en wethouders kunnen, mits de veiligheid met betrekking tot de gasleiding niet wordt geschaad en geen kwetsbare objecten worden toegelaten, bij omgevingsvergunning afwijken van:
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning), ter plaatse van de in artikel 5.1 bedoelde gronden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod in artikel 5.4.1 geldt niet voor werken en/of werkzaamheden:
Het verbod in artikel 5.4.1 geldt ook voor de aanleg van leidingen binnen de bestemming. Bij beoordeling van de omgevingsvergunning voor de aanleg van een leiding dient de bijbehorende toetsingsafstand, de afstand waarbinnen de aard van de omgeving moet worden nagegaan, in ogenschouw te worden genomen.
Alvorens omtrent het verlenen van de vergunning te beslissen winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de betrokken leidingbeheerder(s) omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Indien op basis van artikel 5.3 een vergunning is verleend, behoeft voor daaruit voortvloeiende werken of werkzaamheden op de desbetreffende gronden geen omgevingsvergunning te worden aangevraagd.
De voor Waarde - Archeologie aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Ten behoeve van de basisbestemmingen mag uitsluitend worden gebouwd, indien:
Het bepaalde in lid 6.2.1 onder a en b, is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden binnen een planomvang van meer dan 100 m² uit te voeren:
Het in lid 6.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke plaatsvinden in een gebied dat is aangewezen als archeologisch monument of:
De in lid 6.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud van de archeologische waarden van de gronden.
Alvorens omtrent het verlenen van de vergunning te beslissen winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de waarden niet onevenredig worden geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Indien op basis van artikel 6.2.1 een vergunning is verleend, behoeft voor daaruit voortvloeiende werken of werkzaamheden op de desbetreffende gronden geen omgevingsvergunning te worden aangevraagd.
De voor 'Waarde - Geomorfologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het herstel, het behoud en de ontwikkeling van de geomorfologische waarden van het aardkundig monument.
De op de verbeelding voor 'Waterstaat - waterkering' aangewezen gronden zijn mede bestemd voor:
Met de daarbijbehorende:
Voor het bouwen op de gronden gelden de volgende bepalingen, tenzij op de verbeelding anders is aangeduid:
Ten behoeve van de Waterkering mogen geen gebouwen worden gebouwd.
De maximale hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is 2,0 m.
Tevens mogen de gronden worden bebouwd ten behoeve van de basisbestemming overeenkomstig de aanduidingen op de verbeelding en de bouwregels behorende bij de basisbestemming.
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot
Het bevoegd gezag kan eenmalig een omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van het eerste lid voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Lid 9.2.2 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, als bedoeld in 9.2.2, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, als bedoeld in 9.2.2, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - persoonsgebonden overgangsrecht 1' geldt het volgende:
Ten behoeve van de heer W. Aberson mag het gebruik van de gronden en de daarop aanwezige bebouwing ten behoeve van een paardenhouderij, mits naar aard en omvang niet vergroot, worden voortgezet. Dit overgangsrecht geldt tot het moment van overlijden of bij verkoop. Zodra het gebruik als paardenhouderij door de bestaande gebruiker wordt beëindigd vervalt het recht op dit gebruik. Dit recht is niet overdraagbaar.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - persoonsgebonden overgangsrecht 2' geldt het volgende:
Ten behoeve van mevrouw P. Oudendijk mag het gebruik van de gronden en de daarop aanwezige bebouwing ten behoeve van een paardenhouderij, mits naar aard en omvang niet vergroot, worden voortgezet. Dit overgangsrecht geldt tot het moment van overlijden of bij verkoop. Zodra het gebruik als paardenhouderij door de bestaande gebruiker wordt beëindigd vervalt het recht op dit gebruik. Dit recht is niet overdraagbaar.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Volkstuinen De Biezen' met idn: NL.IMRO.0453.BP1403BIEZENVOLKS1-R001