Plan: | Volkstuinen De Biezen |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0453.BP1403BIEZENVOLKS1-R001 |
Voor u ligt het facetbestemmingsplan Volkstuinen De Biezen.Dit bestemmingsplan is een
thematische herziening van een bestemmingsplan De Biezen, welk plan door de
gemeenteraad op 6 juni 2013 is vastgesteld en op 30 augustus 2013 onherroepelijk in
werking is getreden. Het onderwerp/thema waarop dit facetbestemmingsplan betrekking
heeft, zijn de volktuinen(complexen) die in dit gebied liggen.
De gemeente beoogt met dit bestemmingsplan de indertijd verrommelde situatie op de vijf
volkstuincomplexen in het gebied ‘De Biezen’ tegengaan en de terreinen ordentelijk in te
richten, waarmee bescherming wordt geboden aan het bestaande landschap. De huidige
bestemmingsplanregeling uit 2013 sluit onvoldoende aan op het feitelijke gebruik van de
gronden op de complexen en biedt onvoldoende houvast om grip en regie op zich
voordoende ruimtelijke ontwikkelingen.
In het voorliggende bestemmingsplan is het gebruik van de volkstuinen en de hierop
gelegen bebouwing binnen nader te stellen grenzen gelegaliseerd en is een ruimtelijk kader geformuleerd voor toekomstige planinitiatieven om de bijzondere landschappelijke waarden van het gebied te behouden en waar mogelijk te versterken. Het toetsingskader voorziet in
(stedenbouwkundige) richtlijnen en randvoorwaarden welke aan de basis van de
planontwikkeling hebben gestaan.
De volkstuinencomplexen worden aan de westzijde begrensd door de Hagelingerweg, aan de oostzijde door de Rijksweg, aan de noordzijde door de spoorbaan Haarlem-Beverwijk en aan de zuidzijde door de Santpoortse Dreef.
Afbeelding 1: begrenzing plangebied
Afbeelding 2: situering volkstuincomplexen
Het facetbestemmingsplan heeft betrekking op de volgende 5 volkstuinen- complexen/deelgebieden:
1. Biezenweg 83
2. Spekkewegje 2
3. Groenelaantje 7
4. Groenelaantje 10
5. Groenelaantje 6
De moestuintjes aan de Biezenweg 83 worden door de gemeente verhuurd aan de vereniging Volkstuinenvereniging IJmond. Het adres bestaat uit 19 kavels.
De complexen Spekkewegje 2, Groenelaantje 7 en Groenelaantje 10 zijn eigendom van de Gemeente Velsen. De gronden zijn verhuurd aan volkstuinverenigingen ATV De Hofgeest (Spekkenwegje 2) en VTV IJmond (Groenelaantje 7 en 10). Op de complexen van VTV IJmond zijn circa 144 tuinen aanwezig. Het complex van ATV De Hofgeest kent circa 130 tuinen.
Het complex Groenelaantje 6 is opgedeeld in 32 kadastrale percelen, die in particulier eigendom zijn. Er zijn 14 verschillende grondeigenaren.
In paragraaf 3.1 wordt nader ingegaan op het gebruik en de eigendomsituatie op de complexen.
Het voorliggende facetbestemmingsplan dient in combinatie met het bestemmingsplan "De Biezen'' te worden gelezen. De regels en de verbeelding uit dit laatste bestemmingsplan blijven daarom, ook na de herziening, van kracht. In de onderstaande tabel wordt aangegeven welke regels uit welk plan van toepassing zijn:
Artikel | Bestemmingsomschrijving | Volkstuinen De Biezen | Bestemmingsplan De Biezen 2013 |
Artikel 1 | Begrippen | X | X |
Artikel 2 | Wijze van meten | X | |
Artikel 3 | Recreatie 1 Volkstuinen | X | |
Artikel 4 | Recreatie 2 –Volkstuinen | X | |
Artikel 5 | Leiding –Gas | X | |
Artikel 6 | Waarde –Archeologie | X | |
Artikel 7 | Waarde-Geomorfologie | X | |
Artikel 8 | Waterstaat-Waterkering | X | |
Artikel 9 | Overgangs-en slotregels | X | |
Artikel 10 | Slotregel | X | |
Artikel 25 | Antidubbeltelbepaling | X | |
Artikel 26 | Algemene bouwregels | X | |
Artikel 27 | Algemene gebruiksregels | X | |
Artikel 29 | Algemene afwijkingsregels | X | |
Artikel 30 | Algemene wijzigingsregels | X | |
Artikel 31 | Samenloop dubbelbestemmingen | X | |
Artikel 32 | Algemene procedureregels | X | |
Artikel 33 | Strafbepaling |
In dit hoofdstuk is de bestaande situatie van het plangebied beschreven. Er wordt ingegaan op de positie van het plangebied ten opzichte van de omgeving, de ruimtelijke en functionele structuur van het plangebied.
De 5 volkstuinencomplexen bevinden zich in het gebied 'De Biezen'. De Biezen is onderdeel van de Kennemerzoom, een landschap van strandvlakten en strandwallen. Het landschap is in de loop van de tijd sterk verstedelijkt. Dit heeft een grote invloed gehad op de ontwikkeling van de Biezen. De Biezen ligt op een door duinzand overstoven strandvlakte. Van oorsprong lagen rond de Biezenweg verschillende landhuizen in een bosgebied. Het gebied werd door twee beken (duinrellen) evenwijdig aan de Biezenweg ontwaterd. Rond deze beken lagen grotere graslandpercelen. Tussen 1850 en 1900 zijn de landhuizen voor het grootste deel verdwenen en is het bos omgezet in tuinbouwgrond. Hierbij werd - om dichter bij het grondwater te komen - het bovenste laag zand afgegraven en verkocht. De bestaande wegen zijn niet afgegraven en liggen nog hoog in het landschap. De door Zocher in die tijd ontworpen begraafplaats 'De Biezen' is opgehoogd en ligt ook hoog in het landschap. De begraafplaats neemt in het gebied een belangrijke plaats in. Aan de begraafplaats zijn cultuurhistorische waarden toegekend. Tussen 1900 en 1950 is op enkele graslandjes na het hele gebied in gebruik als tuinbouwgrond. Het landschap bestaat uit een aaneenschakeling van kleine veldjes omringd door hagen. Aan de randen van het plangebied breiden Driehuis en Santpoort-Noord zich in deze periode uit. Tussen 1950 en 1975 is de Velsertunnel aangelegd en is de oude Rijksstraatweg opgewaardeerd tot een snelweg (A208). Naast de tunnel voor auto's komt er ook een tunnel voor het treinverkeer. De verbinding tussen de bestaande spoorlijn Haarlem-Alkmaar buigt ter plaatse van het plangebied af naar de nieuwe Velsertunnel. Hierbij volgt het tracé van de spoorbaan voor een groot deel de oude loop van een van genoemde beken. De Hagelingerweg kruist het spoor met een onderdoorgang. De oorspronkelijke beek is hierdoor niet meer herkenbaar en is gereduceerd tot een bermsloot. De Biezen is voor het grootste deel nog agrarisch maar de van oorsprong kleine veldjes zijn aan elkaar geschakeld tot grotere aaneengesloten percelen. Hierbij zijn de kenmerkende hagen voor het grootste deel verdwenen. Naast de schaalvergroting worden in deze tijd de eerste volkstuinencomplexen aangelegd. Tussen 1975 en 2005 is Velserbroek gerealiseerd. Deze nieuwe woonwijk wordt door een afrit ter plaatse van de Santpoortse Dreef ontsloten. Onder invloed van de verstedelijkingsdruk verandert het gebied van functie. In het van oorsprong agrarische landschap komen nieuwe groene en groen gerelateerde functies als tuincentra, volkstuinen, paardenweitjes, maneges en een sportterrein.
Afbeelding 3: historische kaarten.
Vanuit de lucht ziet het gebied er als volgt uit:
Afbeelding 4: luchtfoto plangebied
Hieronder wordt ingegaan op enkele voor het gebied belangrijke beleidsstukken: het landschapsbeleidsplan en het parkeerbeleid. Ook wordt kort ingegaan op het huidige kader met regels. Deze zijn opgenomen in het bestemmingsplan, de huurovereenkomsten en het reglement zoals wordt gehanteerd door vereniging VTV IJmond.
Met voorliggend groenstructuurplan zijn de vroegere groene beleidskaders gebundeld en geeft de gemeente Velsen richting aan de gewenste en noodzakelijke ontwikkeling van het landschap en de groene ruimte binnen haar grondgebied. Het vormt de uitwerking van de groene thema's uit het Collegeprogramma 'Velsen komt naar je toe!' waarin de gemeente wil investeren in een groenere gemeente die zich aanpast aan de gevolgen van klimaatverandering.
Het groenstructuurplan bestaat uit twee delen; een Visie en een uitvoeringsplan. In de visie wordt de groenstructuur beschreven zoals deze vandaag de dag aanwezig is en formuleert de kenmerken en kwaliteiten daarvan. Daarnaast formuleert zij een duidelijke ambitie: welke groenstructuur willen we in de gemeente Velsen creëren en wat moet deze groenstructuur voor Velsen en het klimaat doen
Het uitvoeringsplan (deel B) bevat het pakket aan maatregelen omvat, om de in het groenstructuurplan opgenomen doelstellingen daadwerkelijk te realiseren.
De groenstructuurvisie gaat uit van de volgende speerpunten:
Gevolgen van het Groenstructuurplan voor De Biezen
Het hoofddoel van het voorliggende bestemmingsplan is het behoud en de versterking van de landschappelijke waarden en het in stand houden van het recreatief medegebruik van het gebied. De volkstuinencomplexen zijn gelegen in het gebied tussen Driehuis en Santpoort Noord. Hoewel doorsneden door infrastructuur, vormt dit gebied een robuuste groene schakel tussen Spaarnwoude, de landgoederen ten oosten van Velsen-Zuid en Driehuis en de flank van het duingebied. In deze zone wordt ingezet op landschapsbouw, waarbinnen het zoveel mogelijk behouden van de landschapskenmerken en het (ecologisch) versterken van het landschap centraal staan. Deze landschapsbouw vindt plaats door in dit gebied een duidelijk en herkenbaar landschappelijk raamwerk te creëren, bestaande uit droge en natte elementen zoals houtwallen, hagen, beekoevers of poelen.
Het groene raamwerk fungeert tevens als groene buffer tussen de afzonderlijke dorpen. Deze buffer draagt in belangrijke mate bij aan de herkenbaarheid en eigenheid van deze dorpen en het onderliggende landschap. Dit is een kwaliteit die behouden dient te blijven; verdere verstedelijking dient in deze gebieden dan ook te worden voorkomen. De genoemde verbindingen bieden verder alle kansen tot het versterken van de ecologische relaties tussen de robuuste gebieden aan weerszijden, waarbij de zone tussen Driehuis en Santpoort-noord de beste ruimtelijke aanknopingspunten biedt.
De gemeente Velsen hanteert vastgestelde parkeernormen. Bij volkstuinen geldt een huidige parkeernorm van 1,3 per 10 tuinen. Ook wanneer het grondgebruik van een perceel conform het bestemmingsplan plaatsvindt, zal er altijd voldaan moeten worden aan de parkeernormen. Juridisch is dit geregeld via het Parkeernormenbeleid van de gemeente Velsen. Wanneer een nieuwe volkstuin in gebruik genomen wordt (bijvoorbeeld bij splitsing), al dan niet in combinatie met de aanvraag voor een omgevingsvergunning, zal er gekeken moeten worden, of wordt er getoetst, of er voldoende parkeergelegenheid aanwezig is. Als dit niet het geval is zal de volkstuin niet in gebruik genomen mogen worden.
De volkstuincomplexen liggen in een gebied waar het bestemmingsplan De Biezen geldt, IDN: NL.IMRO.0453.BP1400DEBIEZEN1-R001. Dit bestemmingsplan is door de raad vastgesteld in 2013.
Figuur 5: plangrens bestemmingsplan 'De Biezen'uit 2013
Sinds 1993 is in de opeenvolgende bestemmingsplannen voor het gebied De Biezen de volgende regeling van kracht:
In het geldende bestemmingsplan 'De Biezen' is deze regeling opgenomen in de bestemming 'Recreatie-1 Volkstuinen'. Uitzondering op het bovenstaande is de regeling voor het adres Biezenweg 83. Het betreft hier volkstuinen die onder een andere bestemming, 'Recreatie-2 Volkstuinen', vallen dan de overige complexen. Binnen de bestemming 'Recreatie-2 Volkstuinen' is de bouw van dagverblijven niet toegestaan, wel toegestaan zijn plantenkassen met een maximale oppervlakte van 18 m2. In het bestemmingsplan is in artikel 29 van de regels een algemene afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor het College van burgemeester en wethouders om per omgevingsvergunning maximaal 10% af te wijken van de in de regels genoemde maten en afmetingen. In de praktijk is hier al meerdere malen van gebruik gemaakt om bijvoorbeeld de bouw van een dagverblijf mogelijk te maken op een tuin van 180 m2 (200 min 10%).
Medio 2011 is tussen volkstuinvereniging IJmond (VTV IJmond) en de gemeente Velsen een huurovereenkomst gesloten. Voor amateurtuindersvereniging De Hofgeest (ATV de Hofgeest) en de gemeente is dit eveneens het geval.
De Volkstuinvereniging hanteert voor zijn leden onder andere het 'tuinbouwreglement 2018'. Hierin zijn enkele regels opgenomen die relevant zijn ten aanzien van grondgebruik en bebouwing. De vereniging eist dat minstens een derde van de tuin gebruikt moet worden voor nutsplanten (eetbare planten). Verder hanteert men de regel dat tuinhuisjes maximaal 24 m2 (inclusief bergruimte) groot mogen zijn, in combinatie met maximale maatvoeringen voor breedte (6,0 meter) en diepte (4,5 meter). Verder hanteert men een maximale nokhoogte van 2,8 meter en goothoogte van 2,3 meter. Ook voor dakoverstekken is een maximale maatvoering bepaald. Voor kassen geldt een maximale oppervlakte van 12 m2 en maximale hoogte van 2,6 meter. Bij tuinhuisjes niet groter dan 20 m2 staat is de bouw van separate bergingen toegestaan. Daarnaast gelden er diverse regels voor losse bouwwerken, die veelal vergunningsvrij gebouwd kunnen worden. De door de vereniging gehanteerde regels komen niet overeen met de regels die de gemeente hanteert in het huidige bestemmingsplan. Voor de bouw van dagverblijven hanteert men een ruimere regeling qua toegestane oppervlakte. Voor de bouw van kassen biedt men minder ruimte dan het huidige bestemmingsplan geeft. Hieronder wordt een schematische vergelijking gegeven:
Onderwerp | Reglement VTV IJmond | Huidig bestemmingsplan |
Minimale omvang tuin waarop bebouwing is toegestaan | - | 200 m2 |
Dagverblijven - maximale oppervlakte - maximale nokhoogte - maximale goothoogte |
24 m2 2,80 meter 2,30 meter |
16 m2 3,5 m 3 meter |
Kassen - maximale oppervlakte - maximale nokhoogte - maximale goothoogte |
12 m2 2,6 meter - |
18 m2 3,5 meter 3 meter |
Losse bergingen - maximale oppervlakte - maximale bouwhoogte |
4 m2 2,30 meter |
Niet toegestaan, tenzij vergunningsvrij: 2 m2 en max. 1 meter hoog. |
In dit hoofdstuk wordt eerst een omschrijving gegeven van de huidige situatie binnen het plangebied en vervolgens puntsgewijs de ontwikkelingen die daarbinnen spelen.
In 2017 en 2018 zijn door een inspecteur van het cluster Toezicht & Handhaving op bijna alle complexen inspecties/controles uitgevoerd. Bij deze controles is geïnventariseerd voor welke doeleinden de volkstuinen wordt gebruikt en is de oppervlakte en omvang van de aanwezige bebouwing ingemeten en in beeld gebracht. De resultaten van de inspecties zijn vastgelegd in inspectierapporten.
Op basis van de veldinventarisatie is nagegaan of /in welke mate het feitelijke gebruik van de volkstuinenkavels in overeenstemming is met de bestemming en met het toegestane gebruik. Onderstaand worden de conclusies uit de inventarisatie kort samengevat.
Gebruik van de grond
De complexen van de tuinverenigingen worden conform het geldende bestemmingsplan als volkstuin gebruikt. Dit laatste geldt niet voor het complex Groenelaantje 6. Hier was medio 2017 slechts ongeveer een kwart van de percelen daadwerkelijk in gebruik als volkstuin. Het grootste deel was toentertijd in gebruik voor andere doeleinden aan gebruik als groen (begroeid met struiken), paardenhouderijen en opslag (van o.a. autowrakken). Zie onderstaande afbeelding.
Figuur 6: Gebruik Groenelaantje 6
Bebouwing
Op alle complexen, behalve Biezenweg 83, zijn op veel volkstuinen de maximale bouwmogelijkheden van het bestemmingsplan overschreden. Dit betreft vooral de omvang van dagverblijven, maar ook de aard van de bebouwing, zoals paardenstallen en bergingen.
Het aantal dagverblijven dat groter is dan 27,5 m2 , is zeer beperkt Op Groenelaantje 7 en 10 betreft dit slechts één dagverblijf, op Spekkenwegje 2 enkele. Ook is er in een enkel geval bebouwing aanwezig op een te klein perceel (<200 m2). Ten aanzien van kassen zijn geen overtredingen aangetroffen.
Luifels e.a.
Op de complexen Groenelaantje 7, 10 en Spekkenwegje 2 is in totaal bij 42 dagverblijven een dakoverstek, luifel of overkapping aanwezig is die de maximale toegelaten maatvoering (1 meter dakoverstek) overschrijdt. De omvang van deze overschrijdingen varieert.
Situatie complex Groenelaantje 6
Dit complex is in ruimtelijk opzicht een geval apart. Het complex is in particulier eigendom en is gesplitst in meerdere kadastrale percelen. Slechts een beperkt aantal van deze percelen zijn in eigendom verworven vóór 1993 (het jaar waarin de huidige bouw- en gebruiksregels voor het eerst zijn vastgesteld door de gemeenteraad). De eigendomssituatie is versnipperd, waardoor percelen niet overal op een logische wijze aan elkaar zijn verbonden.
In deze paragraaf worden aan de hand van de in de vorige paragraaf geschetste bevindingen per complex de uitgangspunten beschreven die hebben geleid tot de voorliggende planologische regeling.
Algemeen geldt dat in het kader van het gevoerde handhavingstraject op de complexen Biezenweg 83, Groenelaantje 7 en 10 en Spekkenwegje 2 op grond van het geldende bestemmingsplan geen significante overtredingen geconstateerd zijn. Het voeren van nadere regie vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening op deze complex is niet nodig omdat de grond in eigendom is van de gemeente en anderzijds omdat de na te streven –algemene- doelstellingen om de openheid en kleinschaligheid van het gebied te waarborgen, voldoende zijn afgedekt in de bestaande huurovereenkomst.
Op het complex Groenelaantje 6 ligt deze situatie wezenlijk anders. De gronden zijn op dit complex in handen van particulieren en het gebruik en beheer op dit terrein is niet georganiseerd. Daarom is ervoor gekozen nadere planologische maatregelen te nemen om grip en regie te houden op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van dit complex.
Het bestemmingplan De Biezen uit 2013 is in de voorliggende thematische herziening op de volgende punten aangepast:
Aanvullend op het vorenstaande geldt voor het complex Groenelaantje 6 het volgende:
Op een aantal volkstuinen op het complex Groenelaantje 6 zij in het verleden paarden gehouden en zijn bijbehorende voorzieningen gebouwd. In beginsel verdraagt deze functie zich niet met de aard en het gebruik van grond als volkstuin. De gemeente wenst dat de volkstuinen hun authentieke karakter behouden.
Om deze reden is beleidsuitgangspunt om paarden te weren uit het plangebied en te voorkomen dat er voor deze functie voorzieningen worden opgericht. Bestaande situaties die bestaande recht hebben verkregen, mogen op grond van een persoonlijk overgangsrechtregeling worden voorgezet, mits de activiteiten naar aard en omvang niet vergroot, worden voortgezet. Dit overgangsrecht geldt tot het moment van overlijden of bij verkoop. Zodra het gebruik als paardenhouderij door de bestaande gebruiker wordt beëindigd vervalt het recht op dit gebruik. Dit recht is niet overdraagbaar.
Het bestemmingsplan 'Volkstuinen de Biezen' is een zogenaamd facetbestemmingsplan. In dit plan wordt de geldende bestemmingsregeling, die in het bestemmingsplan 'de Biezen'' uit 2013 is gegeven aan de vijf volkstuinencomplexen gedeeltelijk herzien. Het voorliggende bestemmingsplan dient in combinatie met het bestemmingsplan 'de Biezen' te worden gelezen. De regels en de verbeelding uit dit laatste bestemmingsplan blijven daarom, ook na de herziening, van kracht.
Het juridisch bindende deel van het bestemmingsplan bestaat uit de verbeelding en de planregels.
De regels bevatten het juridisch instrumentarium voor het regelen van het gebruik van deze gronden, regels over de toegelaten bebouwing en regelingen betreffende het gebruik van op te richten bouwwerken.
De verbeelding heeft een ondersteunende rol voor toepassing van de regels evenals de functie van visualisering van de bestemmingen.
De toelichting heeft geen bindende werking, maar heeft wel een belangrijke functie bij de onderbouwing van het plan en soms voor de uitleg van bepaalde bestemmingen en regels. In dit hoofdstuk zal worden ingegaan op de planvorm, de systematiek en leeswijzer bij de regels en ten slotte de handhaafbaarheid.
De structuur van facetbestemmingsplan 'Volkstuinen de Biezen ' voldoet conform artikel 3.3.2 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) aan de 'Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen' (SVBP2012). Dit houdt in dat de verschijningsvorm van een bestemmingsplan en een aantal begrippen zijn gestandaardiseerd. Het bestemmingsplan bestaat formeel uit twee juridische onderdelen:
Digitaal
Nieuwe bestemmingsplannen worden digitaal beschikbaar gesteld, zodat ze via Internet te bekijken zijn. Dit is verplicht op grond van de Wet ruimtelijke ordening. Op de gemeentelijke website of op ruimtelijkeplannen.nl kunnen de digitale bestemmingsplannen worden bekeken. Bij raadpleging van het digitale bestemmingsplan wordt de gebruiker bij het aanklikken van de percelen op een beeldscherm vanzelf naar de relevante delen van het bestemmingsplan "doorverwezen".
Analoog
Ondergrond
De ondergrond van de verbeelding voor de complexen Biezenweg 83,Spekkewegje 2, Groenelaantje 7,Groenelaantje 10 is gebaseerd op inrichtingstekeningen met daarop kavelindelingen die door de volkstuinenverenigingen zijn opgesteld. Deze tekeningen zijn geverifieerd op grond van de BAG en actuele luchtfoto's (d.d. januari 2019).
De verbeelding voor de locatie Groenelaantje 6 is gebaseerd op de actuele kadastrale situatie (oktober 2019).
Bestemmingen
De bestemmingen zijn in dit bestemmingsplan met een hoofdletter (bijvoorbeeld RVT-1) aangeduid. De "bestemmingen" corresponderen met afzonderlijke artikelen in hoofdstuk 2 (Bestemmingsregels). In het renvooi is daarbij dezelfde volgorde aangehouden als in het betreffende hoofdstuk.
Aanduidingen en renvooi (analoog plan)
De beoogde goot- en bouwhoogte zijn in de regels vertaald. De betekenis van alle aanduidingen (cijfers en letters, bijvoorbeeld (vt) ) wordt verklaard in het renvooi, een overzicht met verklaring van de aanduidingen op de verbeelding. Dit renvooi is voor zover nodig en wat betreft de aanduidingen opgesplitst in bouwaanduidingen, bouwvlak en maatvoeringsaanduidingen.
Leeswijzer
Voor een beoordeling van alle bouw- en gebruiksmogelijkheden ter plaatse van een perceel dient daarom de op de verbeelding aangebrachte aanduiding te worden bekeken, het renvooi te worden geraadpleegd voor het kiezen van het juiste bestemmingsartikel in de regels, waarna het bijbehorende artikel dient te worden gelezen. Deze volgorde is de meest doelmatige om inzicht te krijgen in de mogelijkheden die het bestemmingsplan biedt voor het gebruik van en bebouwing op een perceel.
De regels bevatten bepalingen over het gebruik van de gronden, bepalingen over de toegelaten bebouwing en regelingen betreffende het gebruik van aanwezige en/of nog op te richten bouwwerken. De regels zijn onderverdeeld in hoofdstukken.
Hoofdstuk 1 Inleidende regels
Dit hoofdstuk bevat artikelen, die van belang zijn voor een juiste toepassing van de regels.
Begrippen
De begrippen geven een nadere uitleg van een aantal in de regels gehanteerde begrippen. Hierdoor wordt de eenduidigheid en daarmee de rechtszekerheid vergroot.
Wijze van meten
Dit artikel bevat bepalingen die aangeven op welke wijze bepaalde zaken, zoals oppervlakte en inhoud van gebouwen, dienen te worden gemeten.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels (algemeen)
Algemeen
Opbouw bestemmingsregels
Dit hoofdstuk bevat regels waarin bepalingen zijn opgenomen betreffende de bestemmingen en de aanduidingen. Bij de opzet van deze regels is een alfabetische volgorde gehanteerd evenals een standaardvolgorde zoals opgenomen in SVBP2012.
Bestemmingsomschrijving
In dit onderdeel wordt de materiële inhoud van de bestemming aangegeven. Dit houdt in: de functies die binnen de bestemming "als recht" zijn toegestaan. De bestemmingsomschrijving vormt de eerste "toetssteen" voor gebruiksvormen en ook voor bouwactiviteiten (past het beoogde gebruik van gronden / gebouw binnen de bestemming). Beide zijn slechts toegestaan, voor zover zij zullen plaatsvinden binnen de opgenomen omschrijving.
Bouwregels
Hierbinnen zijn de bouwregels die van toepassing zijn beschreven.
Afwijken van de gebruiksregels
De bevoegdheid tot het afwijken van de gebruiksregels zijn in dit deel van de regels
opgenomen.
Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Voor zover nodig zijn hierin de regels voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden opgenomen.
Bouwvlakken
In de bouwregels is onderscheid gemaakt tussen bouwen binnen het bouwvlak en het bouwen buiten het bouwvlak. Door dit onderscheid is op eenvoudige wijze snel inzichtelijk welke bouwwerken, waar gebouwd mogen worden.
Hoofdstuk 3 (regels per bestemming)
Artikelen 3 Recreatie 1 Volkstuinen (RVT-1)
De bestemming RVT-1 1is gegeven aan de volgende deelgebieden/locaties:
Binnen deze bestemming is de bouw van dagverblijven en bergingen onder specifieke voorwaarden toegestaan, ook zijn toegestaan zijn plantenkassen met een maximale oppervlakte van 18 m². Overkappingen zijn toegestaan aan 1 zijde van een dagverblijf tot een diepte van 1,5 meter.
Het bestaande clubgebouw is toegestaan en mag een maximale goot- en bouwhoogte hebben van respectievelijk 3 en 5 meter.
Indien een volkstuinkavel kleiner is dan 200 m2 mag een losse berging op de kavel worden gebouwd. Deze berging mag een maximum oppervlakte van 1 m2 hebben en maximaal 2 meter hoog zijn.
Artikel 4 Recreatie 2 – Volkstuinen (RVT-2)
Deze bestemming geldt specifiek geldt specifiek voor het complex Biezenweg 83.
Binnen deze bestemming is de bouw van dagverblijven en bergingen niet toegestaan, wel toegestaan zijn plantenkassen met een maximale oppervlakte van 18 m².
Het bestaande clubgebouw is toegestaan en mag een maximale goot- en bouwhoogte hebben van respectievelijk 3 en 5 meter.
Indien een volkstuinkavel kleiner is dan 200 m2 mag een losse berging op de kavel worden gebouwd. Deze berging mag een maximum oppervlakte van 1 m2 hebben en maximaal 2 meter hoog zijn.
Artikel 5 Leiding –Gas
Het plangebied is gelegen in het invloedsgebied van een aardgasleiding. Voor deze bron geldt dat het groepsrisico (ver) onder de oriëntatiewaarde ligt. Binnen dit gebied zijn
ontwikkelingen mogelijk, mits goed verantwoord.
Artikel 6 Waarde – Archeologie
Voor het behoud van de archeologische waarden in het gebied is een dubbelbestemming Waarde-archeologie opgenomen. Deze dubbelbestemming geldt primair ten opzichte van de andere aan de gronden gegeven bestemmingen.
Bij het uitvoeren van bouwwerkzaamheden van bepaalde omvang wordt een archeologisch rapport verlangd. Verder is bij voorkomende werken en werkzaamheden een omgevings-vergunning (aanlegvergunning) vereist voor:
Bij de vergunningaanvraag moet door de initiatiefnemer een rapport worden ingediend en wordt een archeologisch deskundige om advies gevraagd.
Artikel 7 Waarde- Geomorfologie
Een groot deel van het plangebied maakt deel uit van het provinciaal aardkundig monument
'Kennemerduinen, Duin en Kruidberg en Amsterdamse Waterleidingduinen'
Het beschermen van aardkundige waarden is een van de speerpunten van het provinciale landschaps- en bodembeschermingsbeleid in Noord-Holland. In de Provinciale Milieuverordening worden de gebruiksbeperkingen aangegeven voor de aardkundige monumenten (waaronder het zonder ontheffing betreden met zware vervoermiddelen, ontgronden, egaliseren en afgraven voor commerciële doeleinden, storten en graven).
In het bestemmingsplan is ten behoeve van het monument de dubbelbestemming Waarde -Geomorfologie opgenomen.
Artikel 8 Waterstaat-Waterkering
In het plangebied is een waterkering aanwezig. Zij heeft de dubbelbestemming 'Waterstaat/Waterkering'. Dat betekent dat de bestemming geldt, naast de andere bestemmingen die aan de gronden zijn gegeven. De regels die gelden voor deze dubbelbestemming gaan voor die van de andere bestemmingen. Op en in de tot 'Waterstaat/Waterkering' bestemde gronden mogen uitsluitend waterstaatkundige bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden opgericht die noodzakelijk zijn in verband met de waterhuishouding.
Hoofdstuk 4 Overgangs- en Slotregels
Artikel 9 Overgangsrecht
De overgangsregels hebben tot doel de rechtstoestand te begeleiden van bouwwerken die gebouwd zijn of kunnen worden gebouwd en die afwijken van de bebouwingsbepalingen van het plan. Tevens is bepaald dat het gebruik van onbebouwde gronden en bouwwerken in het plan, voor zover dit gebruik op het tijdstip van het rechtskracht verkrijgen van het plan (rechtens) afwijkt van de in het onderhavige plan gegeven bestemming, kan worden voortgezet. Deze regels zijn opgenomen in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) en zijn op voorgeschreven wijze overgenomen.
Artikel 10 Slotregel
Dit artikel ten slotte geeft aan de naam waaronder het bestemmingsplan kan worden aangehaald.
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient op grond van artikel 3.1.6 van het
Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in de plantoelichting minimaal inzicht te worden gegeven in de economische uitvoerbaarheid van het plan. Als er sprake is van ontwikkelingen waarvoor de gemeente redelijkerwijs kosten moet maken, moeten deze kosten worden verhaald op de initiatiefnemer c.q. ontwikkelaar.
Dit bestemmingsplan voorziet in een wijziging van de planregels en verbeelding van het bestemmingsplan De Biezen, echter hiermee wordt niet een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening mogelijk gemaakt. Het is daarom niet noodzakelijk een exploitatieplan op te stellen.
De kosten voor het opstellen en in procedure brengen van het bestemmingsplan worden gedragen door de gemeente Velsen. Gezien het bovenstaande is de economische
uitvoerbaarheid van het plan voldoende gewaarborgd.
De voorgenomen herontwikkeling van de volkstuincomplexen is tot stand gekomen na een uitvoerige gebiedsinventarisatie en na individuele gesprekken met eigenaren en gebruikers. Er heeft met deze partijen regelmatig overleg plaatsgehad en er is actief gecommuniceerd over de voortgang van het proces. Voorts is op 14 maart 2019 door de gemeenteraad een bijeenkomst gehouden, waarin de betrokken partijen in de gelegenheid zijn gesteld hun standpunt over de nieuwe bestemmingsplan kenbaar te maken. Naar aanleiding van deze bijeenkomst is besloten de ontwikkeling van dit plangebied verder uitvoering te gaan geven.
Het ontwerp van dit bestemmingsplan heeft vanaf 5 juli 2019 gedurende zes weken ter inzage gelegen. Tijdens deze periode is eenieder in de gelegenheid gesteld om zienswijzen bij de gemeenteraad in te dienen. Er zijn 8 zienswijzen ingediend. De zienswijzen zijn beantwoord in de 'nota behandeling van zienswijzen Volkstuinen de Biezen', welke als bijlage 2 aan deze toelichting is gevoegd. De zienswijzen zijn bij de besluitvorming in het kader van de vaststelling door de gemeenteraad betrokken.
Na de beroepstermijn van zes weken treedt het bestemmingsplan in werking, tenzij conform artikel 8.4 Wro een verzoek om voorlopige voorziening is gedaan bij de afdeling bestuursrechtspraak Raad van State.