Plan: | Zuiderscheg |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0453.Bp1200ZUIDERSCHEG1-I001 |
Het bestemmingsplan betreft hoofdzakelijk een consoliderend plan. In dit plan zal een hedendaagse planologisch juridische regeling voor het plangebied worden opgenomen. Daarnaast zal, voor zover mogelijk en wenselijk, voor nieuwe ontwikkelingen een passende ontwikkelingsgerichte regeling worden opgenomen. Bij het bestemmen is als volgt te werk gegaan:
In het plangebied zijn gronden gelegen die een hogere mate van bescherming behoeven. Het gaat dan met name om het archeologisch waarden. Dit is middels een dubbelbestemming op de verbeelding weergegeven.
Flexibiliteit in het bestemmingsplan dient om bepaalde toekomstige activiteiten toe te staan zonder dat dan een wettelijke ontheffingsprocedure gevolgd hoeft te worden. In het plangebied zijn qua flexibiliteit verschillende situaties te onderscheiden:
Bedrijven en milieuzonering
De VNG publicatie Bedrijven en milieuzonering (april 2009) is in eerste instantie ontwikkeld om in nieuwe situaties een vestigingsplaats voor een bedrijf vast te stellen of om woningbouw af te stemmen op bestaande bedrijventerreinen. Bij toepassing van milieuzonering wordt veelvuldig gebruik gemaakt van een Staat van bedrijfsactiviteiten (bedrijvenlijst). Deze bedrijvenlijst geeft inzicht in milieuplanologische aspecten per bedrijfstype en in een specifieke bedrijfssituatie. De afstanden in deze lijst zijn, vanwege mogelijke variatie in productieomvang, terreinindeling, voorzieningen en dergelijke, indicatief. De bedrijvenlijst kan zowel een positief (welke bedrijven mogen wel worden gevestigd) of een negatief karakter (welke bedrijven mogen niet worden gevestigd) hebben.
Bij gebruikmaking van de bedrijvenlijst uit de VNG publicatie kan niet zonder motivering worden afgeweken van de hierin neergelegde afstanden, ook al hebben die een indicatief karakter. Als voldoende aannemelijk is dat een aanvaardbaar woonmilieu kan worden gehandhaafd en de hinder niet zal toenemen, mag een kortere afstand worden aangehouden dan de aangegeven afstand in de bedrijvenlijst. Om hier toepassing aan te kunnen geven is in het bestemmingsplan een algemene vrijstellingsbevoegdheid opgenomen.
Confrontatie bedrijfstype met milieuzonering
De milieucategorie van een bedrijf wordt bepaald aan de hand van de bedrijvenlijst in het bestemmingsplan. Een inhoudelijke beoordeling vindt plaats aan de hand van de door de initiatiefnemer gewenste activiteiten en aangeleverde gegevens. Daarbij wordt beoordeeld of het bedrijf in principe kan worden gevestigd en op welke locatie op het bedrijventerrein.
Indien nodig worden nadere maatregelen geëist voor een aanvaardbare milieubelasting, gericht op bescherming van de milieugevoelige omgeving, zoals voldoende afstand, afscherming, clustering milieubronnen en terreininrichting. In dat geval is eventueel de flexibiliteit in het bestemmingsplan aan te wenden. Rekening kan worden gehouden met het specifieke karakter van een bedrijf en zo nodig kan de bedrijfscategorie daarop worden aangepast.
Door de vrijstellingsbevoegdheden met criteria ontstaat een bewaakte flexibiliteit, aan de overwegingen van een concrete inpassing ligt steeds een bestuurlijke afweging ten grondslag.
Voor het gehele plangebied is gekozen voor een zogeheten positieve bedrijvenlijst, dit betekent dat is aangegeven welke bedrijven zich op het bedrijventerrein mogen vestigen.
In het kader van de structuurvisie heeft de raad aangegeven dat categorie 1 en 2 bedrijven mogelijk moeten zijn in de Zuiderscheg (ontwikkelingsdeel). Rekening houdend met het reeds bestaande bedrijventerrein van de AWZI en de voormalige gemeentewerf en de daar reeds voorkomende bedrijfsactiviteiten is voor het bestaande bedrijventerrein ervoor gekozen om maximaal milieucategorie 3 toe te staan. Wel is de inrichting AWZI van Rijnland een zogenaamde grote lawaaimaker in het kader van de Wet geluidhinder. Dit betekent dat deze inrichting op een gezoneerd industrieterrein moet liggen, hier wordt in paragraaf 4.2.3 verder op ingegaan. Hiermee wordt de huidige (planologisch juridische) situatie vastgelegd.
De uiteindelijke bedrijvenlijst maakt onderdeel uit van de regels van het bestemmingsplan en biedt daarmee een toetsingskader voor het toelaten van bedrijven op de verschillende bedrijventerreinen.